Camperreis Normandië dag 5: Van Bayeux naar Longues sur Mer

Cemetery Colleville sur Mer Omaha Beach

De herinneringen aan D-day

Met de camperreis Normandië zijn we inmiddels aangekomen in het gebied waar de invasie van de geallieerden plaatsvond op 6 juni 1944. We bezoeken de indrukwekkende Amerikaanse begraafplaats bij Colleville sur Mer, het nabijgelegen Overlord museum en tenslotte de Batterie de Longues sur Mer. Daar vlak in de buurt vinden we aan zee onze overnachtingsplaats.

De invasiestreek

Als we ’s ochtends vroeg opstaan is het mooi helder weer. Het zal de hele dag zo blijven. Ten noorden van onze overnachtingsplaats Bayeux vond op 6 juni 1944 in de vroege ochtend de invasie van de geallieerden plaats. Die invasie verliep aanvankelijk niet zoals gehoopt was en kostte het leven aan meer dan 40.000 jonge soldaten. Uiteindelijk is de overwinning wel behaald. In het hele gebied wordt de herinnering aan deze tijd springlevend gehouden door tal van monumenten, gedenkplaatsen en musea. Wij willen er vandaag een paar bezoeken. Als we door de streek rijden raak ik ontroerd door de vele vredige dorpen die 75 jaar geleden de volle laag van het oorlogsgeweld over zich heen gekregen hebben.

Huishoudelijke zaken

Na het ontbijt gaan we eerst naar de plaatselijke Carrefour om eten in te slaan voor thuis. We richten ons met name op de vele visproducten (heel goede en goedkope garnalen) en de vele soorten kaas en paté’s. Het aanbod is onvoorstelbaar. Daarna nog even naar een servicepunt gereden om grijs en zwart water te lozen.

Camera weg

Na deze huiselijke activiteiten rijden we eerst naar de Amerikaanse begraafplaats bij Omaha Beach nabij het dorp Colleville sur Mer. Het is er niet druk. Op de grote parkeerplaats staan slechts enkele auto’s. Als we ons opmaken voor een bezoek aan de begraafplaats kunnen we mijn camera niet vinden. Na in alle hoeken en gaten van de camper gekeken te hebben, analyseren we waar we de camera het laatst gezien hebben. We komen er achter dat dat in de pizzeria in Bayeux geweest moet zijn die wij gisterenavond laat bezochten. Er zit niets anders op om terug te rijden naar Bayeux in de hoop daar eerlijke eigenaren aan te treffen.

De afstand terug is gelukkig niet zo groot, slechts een half uurtje rijden. In Bayeux blijkt de weekmarkt net afgelopen te zijn waardoor het erg druk is in dit stadje. We vinden gelukkig een plek op de talrijke parkeerplaatsen en we lopen in twintig minuten naar het restaurant.

Camera terecht

Als we binnenkomen worden we gelijk herkend en met een stralende lach wordt de camera onder de toonbank vandaan gehaald. Een van de medewerkers vertelt dat ze na het vinden van de camera met nog twee man door het stadje zijn gerend in de hoop om ons te vinden. Wij zijn dankbaar voor zo veel eerlijkheid en opgelucht dat de camera weer in ons bezit is.

Als dank voor hun eerlijkheid willen we een bankbiljet van 20 Euro achterlaten maar de drie medewerkers maken druk gebarend en achteruit deinzend duidelijk dat dat beslist niet nodig is en ze doen bijna alsof we een drol op de toonbank achtergelaten hebben. Wij houden vol en tenslotte worden we bedolven onder vele mercis beaucoups en vertrekken weer richting parkeerplaats.

Om het terugvinden te vieren kopen we bij een bakker nog een paar gateaux voor bij de koffie. Daarna rijden we terug naar het oorlogskerkhof.

American Cemetery Colleville sur Mer; Omaha Beach

Als we een half uur later weer op de parkeerplaats staan is het iets drukker geworden maar nog steeds is het relatief rustig; 200 auto’s en dat is alles.

We lopen de American Cemetery Collevilli sur Mer op en na het ontvangstcentrum komen we aan bij een langgerekt vierhoekige vijver met daarvoor een kaart van de troepenbewegingen tijdens de invasie. Als je over de vijver heen kijkt dan gaat die visueel perfect over in de zee voorbij Omaha Beach. Heel mooi vormgegeven.

Daarna lopen we over een pad naar een uitzichtpunt dat zicht geeft op het 180 meter brede strand en de zee. Tijdens de invasie zijn hier heel veel soldaten gesneuveld omdat er geen enkele sprake was van plaatsen waar men dekking kon zoeken. Het was rennen voor je leven en de overwinning. De plek grijpt mij zeer aan, beseffend dat hier zo veel jonge mannen gestorven zijn voor de vrede waarin wij nu leven. Ik erger me aanvankelijk aan het gejoel van een kinderrijke familie maar besef gelijk dat die kinderen nog niet kunnen beseffen wat de invasie indirect voor hen betekend heeft. Mijn ergernis maakt plaats voor een gevoel van dankbaarheid als ik de gelukkige en lachende kinderen bekijk.

Het gravenveld

Na een tijdje op een bank gezeten te hebben lopen we door naar het gravenveld. Hier liggen 9.387 gesneuvelde soldaten. Er is een ruimte met nog eens 1557 namen van vermiste militairen. Er is een niet zo heel mooi halfrond groot herinneringsmonument gebouwd aan de voet van de begraafplaats. Daarachter is een eveneens halfronde muur gebouwd met de namen van de gesneuvelden. Vrijwel iedereen die de begraafplaats bezoekt is onder de indruk. Er heerst een serene rust en er wordt overwegend zacht gesproken. Rond 16.00 uur wordt de vlag gestreken en de last post geblazen. Het maakt allemaal een diepe indruk op mij.

Irina en ik lopen beiden apart in eigen gedachten verzonken over het kerkhof. Ook Irina moet hier zo haar gevoelens bij hebben. Haar oom is immers omgekomen in de onmenselijke strijd om Stalingrad. Zou de wereld nog zo veel solidariteit kunnen opbrengen om het fascisme te bestrijden dat tegenwoordig weer beangstigend vaak de kop op steekt in onze eigen samenlevingen?

Irina en ik raken elkaar uit het oog en ik besluit naar de uitgang terug te lopen. Daar komt een Nederlandse vriendengroep naar binnen wandelen. Ze lezen het bord met de gedragscode en vinden alles belachelijk: waarom mag je geen muziek laten horen; waarom mag je niet op skateboards het licht hellende pad af rijden. Waarom niet dit waarom niet dat. Ik kan het niet nalaten om ze in hun eigen taal te zeggen dat ik hoop dat ze na het bezoek de zinvolheid van de code beseffen. Ik vrees echter dat dat niet het geval zal zijn. Een lachbui is mijn deel. Zo maakt Nederland zijn botheid in gedrag weer eens overduidelijk waar in het buitenland.

Overlord Museum

Na een kwartiertje verschijnt Irina ook weer bij de bus. We besluiten om een paar honderd meter door te rijden naar het Overlord Museum. Het is een klein museum en laat overwegend het materieel zien dat tijdens de invasie door Amerikanen, Canadezen, Britten en Duitsers gebruikt is. Het valt me op hoe ‘primitief’ het materiaal is waarover men toen beschikte. Maar indrukwekkend is het wel.

Irina en ik waren met name geïnteresseerd in de facsimile uitgaven van voorpagina’s van kranten die op verschillende punten in het museum ter inzage lagen. Het geeft een mooi beeld van de dagelijkse verliezen en vorderingen die gemaakt werden tijdens de oorlog.

Batterie de Longues sur Mer

Tegen sluitingstijd verlaten we het museum en rijden een paar kilometer verder naar onze overnachtingsplek aan de kust nabij Longues sur Mer. Als we daar aankomen bezoeken we in de avondschemering nog de Duitse Batterie de Longues sur Mer.

De batterie bestaat uit munitieopslagplaatsen, kleine bunkers en schuttersputten vlak langs de kust. Een honderd meter landinwaarts zijn in zeer korte tijd 5 grote bunkers gebouwd waarvanuit de Duitsers met zwaar geschut de zeemacht van de geallieerden probeerden te bestrijden. Het heeft de geallieerden heel veel moeite gekost om de stelling in te nemen maar het is tenslotte gelukt.

Garnalen voor diner

Als we terugkeren bij de bus die we aan de kust geparkeerd hebben voor de overnachting, koken we zelf ons diner: Heel simpel: gekookte grote garnalen met vers brood, een verse salade en een fles droge cider. De maaltijd is goed gelukt en we genieten erg van de verse zeevruchten. Rond 23.00 uur gaan we naar bed om uit te rusten voor de laatste reisdag.

Delen met je netwerk?
(Visited 1.030 times, 1 visits today)